Langs het kanaal zie je metalen kranen met de naam Libelco en daarnaast hallen. Dit is geen oude overdekte markt. Deze locatie op de oever van het kanaal diende historisch voor de opslag van steenkool. De hallen werden gebouwd in 1910, toen de industriële activiteit in Oud-Molenbeek welig tierde, en waar het kanaal in essentie diende als doorvoer van steenkool naar de fabrieken. Na de Tweede Wereldoorlog kende de hallen een tweede leven voor de toelevering van bouwmaterialen. De huidige naam komt van het bedrijf dat het sinds 1979 overkocht: SA Libelco. Sindsdien kwamen massaal voornamelijk Libanese exporteurs van tweedehandswagens afzakken naar de wijk rond de Heyvaertstraat, die de Ninoofse Poort verbindt met de Slachthuizen van Anderlecht. De garagisten profiteerden van het vertrek van de slachters en vleessnijders na het verval van de slachthuizen van Anderlecht, om zich te installeren in de grote entrepots en zo van de grote hallen een transitplaats te maken voor tweedehandswagens. Vandaag krijgen de hallen een nieuwe bestemming. Met de hulp van Europese fondsen heeft de gemeente Molenbeek ze gekocht om er een wintertuin van te maken.
De garage moet de hallen verlaten voor het einde van het jaar. Deze verhuizing illustreert een veel breder fenomeen. De gemeentes en het gewest willen niet één, maar een zestigtal garages, zien vertrekken naar het noorden van Brussel, om eindelijk de centrale as tussen het kanaal en het HST-station "nieuw leven in te blazen". Het risico is reëel dat de wijk levenskrachtig gaat verliezen, omdat de garagisten meer betekenen dan enkel een private economische activiteit. Het is een complex systeem van globalisering van onderuit, opgebouwd uit een netwerk dat het onthaal en tewerkstelling van een hele migratiepopulatie verzekert, die er menig materiële maar ook menselijk steun vinden.
Nog iets: de Novaploeg heeft niet beslist om van de hallen een drive-in te maken tijdens het weekend van PleinOPENair. Je kan de film bekijken naast de auto’s, niet in de auto’s.